Eveliens PodiumPraat
Dans & theater door de ogen van Evelien van de Sanden.Dance and theatre experiences by Evelien van de Sanden
Dansende jurken en geproduceerd geluid met korte spanningsboog
Gezien: Bombyx Mori van Ola Maciejewska
op 1 april 2016 in de Rotterdamse schouwburg.
Geschreven voor Theaterkrant, www.theaterkrant.nl
In Bombyx Mori speelt Ola Maciejewska met de jurken van de danseres en choreografe Loie Fuller. Fuller (1862-1928) was beroemd om haar wijde, ‘dansende’ jurken en lichtontwerp. De titel Bombyx Mori is een verwijzing naar de gelijknamige rups die gekweekt wordt omdat het cocons van zijde maakt. Twee zeer nieuwsgierig makende aspecten, die helaas niet leiden tot een verrassende of bevredigende voorstelling.
Bombyx Mori begint rustig en veelbelovend wanneer Malika Djardi, Roberto Martínez en Ola Maciejewska met veel precisie de zwarte jurken als een cirkel op de vloer leggen, net zoals rupsen die hun cocon aan het maken zijn. Het toneelbeeld bestaat uit een witte vloer die bij de achterwand is doorgetrokken: de zwarte jurken steken mooi af tegen de achtergrond. Eenmaal in de jurken lopen de dansers over de vloer, waardoor ze geluid produceren met hun voeten en stem. De vele microfoons bovenin versterken en vervormen dit geluid, wat tot een climax komt wanneer ze ook met hun bovenlichaam gaan dansen in de wijde, veel gelaagde jurken.
De voorstelling begint daarmee boeiend maar verliest vervolgens snel spanning. Na de eerste climax verandert de dans in iets wat meer weg heeft van een improvisatie oefening of onderzoek: de dansers hebben elk andere bewegingsfrases verspreid over de vloer waardoor de verschillende visuele en auditieve effecten lukraak door elkaar gaan. Door een gebrek aan leidraad of structuur zakt de spanning en belangstelling ook geheel weg.
Wat jammer is, want het onderwerp is erg interessant: wat als je bij dans niet het lichaam voorop stelt, maar de objecten die door het lichaam in beweging zijn gebracht. Waar eindigt beweging en/of dans? De wijde, dansende jurken van Fuller zijn wat dat betreft een sterk en direct uitgangspunt. We zien immers direct het effect van de bewegingen van de danser op de jurk, die in verhouding met het lichaam lang na-danst in de ruimte. Hierdoor is het lichaam slechts een fragment van de zichtbare dans. Zoals de rups slechts bestaat omdat hij gekweekt wordt om zijde te maken. Toch biedt de choreografie te weinig variatie en opbouw om echt te spreken van een boeiende ervaring of kritisch resultaat.
Het geluid is een in Bombyx Mori een minder direct, maar ook belangrijk element. Met hun voeten, stem en de jurken produceren de dansers het geluid zelf. Dit komt alleen wederom niet veel verder dan de referentie naar beweging aan de hand van wind en stormachtige geluiden. Hoewel Maciejewska interessante inspiratiebronnen heeft, is Bombyx Mori niet gevarieerd of gestructureerd genoeg om van een boeiende voorstelling te spreken. Op het begin na heeft het meer weg van een speels onderzoek, een work-in-proces.
Recente reacties