Eveliens PodiumPraat

Dans & theater door de ogen van Evelien van de Sanden.
Dance and theatre experiences by Evelien van de Sanden
zaterdag 17 oktober 2015

Zoals in de club

gezien: Higher van Michele Rizzo
Op zaterdag 5 september Frascati 4 in Amsterdam

geschreven voor 8Weekly, ww.8weekly.nl

Als je het over dans hebt, is er natuurlijk meer dan alleen de stijlen die we in het theater zien. Waar kan je de meeste populaire dansvorm van iedereen van dit moment zien? In de club. In de club, op het festival en tijdens de georganiseerde feesten zijn de dansstijlen van nu, vaak passend bij de hedendaagse muziekstijlen, constant in ontwikkeling. Met zijn voorstelling Higher bouwt Michele Rizzo een brug tussen deze twee, vaak aparte, werelden: de club en het theater.

Rizzo komt met veel elementen in zijn voorstelling dichtbij mijn persoonlijke ervaring van een feest of festival: bij binnenkomst moet je even wenen aan de ruimte, de verlichting en de muziek. Vervolgens begin je, klein en voorzichtig, een beetje mee te deinen op de muziek, terwijl je de mensen om je heen ontmoet. Als je lichaam een beetje gewend is aan het ritme ga je steeds energieker en uitbundiger dansen, vrijer en in je eigen stijl/vorm, door de mensen om je heen en het ritme van de muziek (en/of de alcohol?).

Omdat de opbouw voor mij zo gelijkende was als een dans/stapervaring, wat maakt het dan theater? Het feit dat ik ernaar zat te kijken? Doordat sommige elementen zo gelijkend waren , vielen mij de theatrale elementen extra op: het gebruik van het licht en de ruimte; de dans die langzaam over ging in een gezette choreografie; de herhaling van de choreografie. Het begin en einde, de spanningsboog die voornamelijk gecreëerd werd door het licht. Al hoewel, dat laatste geldt ook als je naar een feest gaat: wanneer de tl-lampen aangaan is het feest, de andere wereld waar je je even in begaf, de ’voorstelling’, afgelopen. Wellicht was het grote verschil dan toch voornamelijk dat ik zat te kijken. Op een feest zal je mij nooit zien zitten en kijken, dan dans ik mee!

Waarschijnlijk dat ik daarom de nijging had om op te staan en een van de dansers op hun schouder te tikken om te zeggen: “kan je mij die moves ook aanleren? Dan kan ik meedoen.”. Niet dat ik dat zou kunnen. In plaats daarvan liet ik mijn hoofd non stop meedeinen op het ritme. De voorstelling had me nog meer kunnen meenemen, als de dansers dichterbij waren gekomen, of met hun ogen meer contact hadden gemaakt met het publiek. Ondanks dat ik de nijging had op te staan en mee te dansen, maakte de afstand tussen mij en de dansers, de aanwezige ‘vierde wand’, toch duidelijk dat ik niet onderdeel was van die andere wereld waar ik naar zat te kijken.

Op het moment dat de dansers afweken van de herhalende choreografie kwam voor mij meer de nadruk op de stijl en de kunst van de stijl te liggen. Toen begon het echt interessant te worden. Helaas begon toen ook de fade out: alsof je op driekwart van het feest ineens naar huis moet. Het is gaaf om te zien hoe hij die brug bouwt tussen club en theater. Veel dans in het theater is gebaseerd op werk uit het verleden, of een stijl uit het verleden. Dit is nu en daardoor verfrissend. Ik zou graag zien dat hij hierin verder durft te gaan en echt de vraag durft aan te gaan: past club dans ook in het theater?

vrijdag 16 oktober 2015

A modern one man show

Seen: Kokokito from Louis Vanhaverbeke
Thurday the 25th of July 20:00h, De Doelenzaal, Amsterdam, Dance Dubble date #2

Written for International Young Makers in Action; www.IYMA.eu

At the start of the performance, we look at an empty stage, surrounded by only black curtains. Then Louis walks in, in simple sporty clothes with a beamer standard on a small trolley. On the beamer standard is electric music equipment, like a mixer, speaker and a sample machine. Nothing fancy.

Then Louis starts talking/rapping/singing on a simple beat, about big choices as an artist and as a human being. With his rhyming words and divers beats, he lays down a path of thoughts about psychological struggles and questions about performance and about life. This contrast between the simple appearance and difficult life thoughts becomes even more present when he brings more and more props on stage: a children’s basketball net, a glove, a sandwich, a guitar. Whenever Louis steps behind the curtains, he surprises us with something different with which he makes his performance. Everything is multifunctional.

Louis is clearly better equipped with words and beats than with actual dance moves. But you could call his performance on stage a sort of dance. A dance with stuff, beats, words and thoughts. He uses it all to point out how life is filled with choices. Which direction do you choose? What if you don’t know? This is very much a topic of young people nowadays. Where to focus on, what to study, where to live in a world that is getting smaller and easier to access every day.

Kokokito is a funny, dynamic, one man performance with many recognisable things about life nowadays. I would call nothing about it fumbling. It has the appearance of a repetition on stage, but Louis’ business tells the audience otherwise: that he is well prepared. What would strengthen his performance and the contact with his audience, is if he would dare to play with the aspects of rest and speed. The whole piece is too much in one rhythm. Give the audience a little more breath and/or excitement to create a stronger connection. With that in mind, I would love to see more of Louis in the future!

Gezien: While we strive van Arno Schuitemaker
op woensdag 7 oktober 2015, Frascati theater, Amsterdam

geschreven voor 8Weekly, www.8weekly.nl

Kunst en wetenschap, twee totaal verschillende werelden? Arno Schuitemaker denkt daar anders over. Hij gebruikt juist zijn wetenschappelijke achtergrond (afgestudeerd aan de TU Delft) voor het creëren van choreografieën. Zo ook met While we Strive, wat een uitzonderlijke en intense voorstelling oplevert.

Het begint met een onbezonnen spel van drie performers met drie kleine speakers die een constant zoemgeluid produceren. De bewegingen van de performers in combinatie met het geluid van de speakertjes creëert herkenbare ‘bewegingsmuziek’: de richting van de bewegingen bepaalt of het geluid het publiek bereikt, zoals iedereen weleens heeft geëxperimenteerd met de positie en richting van de muziekboxen thuis. Dit ietwat lang durende, ontspannende begin groeit uit tot een overweldigende combinatie van geluid, kleur en beweging. Mijn oren en ogen worden optimaal geprikkeld door het telkens minimaal veranderen van de bewegingen van de performers, geluiden van de muziek en kleuren van het licht.

Hypnotiserend
Van de voorspelbaarheid en het simpele van het begin is niets over in de rest van het werk. Het toneelbeeld blijft veranderen. De op elkaar ingespeelde dansers, de muziek en het licht lijken compleet synchroon te gaan in hun veranderingen. Dit, samen met de intensiteit van de bewegingen en muziek, heeft een hypnotiserend effect. In de zaal zie ik vele hoofden of benen, inclusief die van mijzelf, heen en weer gaan op het ritme van de bewegingen. Een verslavend ritme waar je compleet in op gaat, met als effect dat je (onbewust) letterlijk meebeweegt. Deze zintuiglijke ervaring heeft gedeeltelijke inspiratie vanuit de wetenschappen. Arno’s voorbereiding bestaat naast de tijd in de studio namelijk ook in het verdiepen in neurowetenschappen: de kennis over het zenuwstelsel. Wat dit en zijn andere werk uitzonderlijk maakt is dat hij hierdoor verschillende lagen raakt: zowel het wetenschappelijke/rationele als het zintuiglijke/emotionele vlak.

Meer dan zintuigelijk
Richting het einde is er één opvallende scène waarin de drie dansers stoppen met de herhalende bewegingen met hun armen en bovenlijf, en elkaar opzoeken door op elkaar leunend als één geheel over de vloer te bewegen. Dit geeft niet alleen een moment van rust, maar ook een moment voor reflectie op het werk, wat door de (on)uitputtende bewegingen en doordringende muziek een welkome afleiding is. De volgende vraag komt in mij op: is dit hoe wij leven? Gehypnotiseerd door de constante herhaling van rituelen en informatie wat op ons afkomt, terwijl we eigenlijk de behoefte hebben aan contact? While we strive is geen goede keuze voor degene die op zoek is naar een avond vermaak of om rustig in een stoel te zitten kijken. Het is een gecalculeerde belevenis die je in een trance brengt en tegelijkertijd (letterlijk) beweegt, als je er voor open staat.

donderdag 13 februari 2014

Street energy op zondagavond

Juste Debout – Paradiso, 2 februari 2014

 

Wat is het eerste wat in je opkomt als je denkt aan hiphop dans? Tienerjongens die op hun rug spinnen of bewegingen uit een videoclip van Beyoncé of Usher? Misschien denk je wel aan de choreografieën in het populaire tv-programma So You Think You Can Dance? Of stroomt je gedachte vol met beelden van energieke dansers die door middel van poppende spieren, lockende lichaamsdelen en housende ritmes elkaar uitdagen in een battle? Dit laatste is wellicht niet zo aanwezig in het dagelijks leven, maar minstens zo bruisend. En nergens zo te ervaren als tijdens Juste Debout: een officiële hiphop battle met voorrondes over de hele wereld.

 

Afgelopen zondag waren de voorrondes voor Nederland in Paradiso, Amsterdam. Eenmaal binnen heb je verschillende opties: je kan gaan zitten en rustig ‘toeschouwen’, zoals bij een voorstelling, je kan staan of zitten rondom de battle en aanmoedigen, zoals bij een wedstrijd, of je kan in alle hoeken van de ruimte met een groepje staan dansen, zoals bij een dansavond. Wat je ook doet: je kan niet ontsnappen aan de bruisende energie van alle hiphop dansliefhebbers om je heen. Iedereen is er omdat hun hart sneller gaat kloppen bij de aanstekelijke beats van de dj en verrassende bewegingen van de dansers. Het feit dat de juryleden stemmen door hun winnaar aan te wijzen en de host bepaald wie er mag beginnen door een waterflesje te laten draaien op de grond bevestigd dit alleen maar: men komt hier door de dans en niets anders.

 

Deze openlijke competitie om de beste moves naar boven te brengen is erg karakteristiek aan hiphop dans. Het gaat absoluut niet om agressiviteit, maar om inspiratie en uitdaging. Dankzij de verschillende genres waarin gebattled wordt, (locking, popping, hiphop, house en experimental) is duidelijk te zien welke technieken er bij komen kijken en hoe iedere danser zijn eigen danstaal heeft gecreëerd. Het dak vliegt eraf wanneer twee locking-talenten genaamd Soulcats (winnaars) een korte choreografie uitvoeren, waarin ze springen, flippend en draaiend met een split op de grond eindigen (je mag naast solo improvisatie ook een korte choreografie met z’n tweeën uitvoeren tijdens de battle). Ik kan me niet voorstellen dat de omwonenden niet van hun stoel vielen van het geluid wat de menigte maakt uit enthousiasme.

 

Een dergelijk vibe als bij Juste Debout beleef ik niet vaak. Ik kan heel enthousiast raken van een dansvoorstelling, door de totaalsfeer of de bewegingen. En hoewel ik dat achteraf kan bespreken met mijn gezelschap, blijft het een ervaring die op dat moment bij mezelf blijft. Tijdens de battles van afgelopen zondag uit je je enthousiasme gelijk, en beleef je andermans enthousiasme mee: Je deelt de ervaring met iedereen om je heen, terwijl je naar professionele dansers kijkt. Je bent onderdeel van de ervaring, van het moment. Hoewel ik heel nodig moest, wilde ik niet naar de wc, omdat ik niets wilde missen.

 

Het overbrengen van je energie is een belangrijk aspect voor hiphop dans. Als je dit een keer op een authentieke vorm wil ervaren, zet dan Juste Debout 2015 in je agenda!

Juste-Debout-Holland-2014-300x400

Tijd is soms een raar gegeven. De ene keer zit je je te vervelen en lijkt de tijd wel eeuwig te duren, de andere keer gaat het voorbij zonder dat je het doorhebt. En ook de beleving van die tijd kan heel erg verschillen. Je hebt dagen dat je het idee hebt dat je niets hebt gedaan of hebt beleefd (misschien heb je ook werkelijks niets gedaan), en dagen dat je voor je gevoel zoveel ervaart dat je ’s avonds verbaasd bent dat datgene wat je ’s ochtends deed niet een week geleden is. Kennen jullie dat?

Nu, de dinsdag na 2,5 maand kantoorwerk, 4 hectische voorbereidingsdagen, 11 dagen festival en één dag afbreken, ben ik ondanks mijn verwachtingen toch weer verbaasd over hoe mijn tijdsbeleving is geweest.

De eerste week, van 13 t/m 20 mei, ging de tijd heel snel, maar had ik tegelijkertijd ook het idee dat ik hetzelfde deed wat ik normaal gesproken in een maand doe! En ik ben niet iemand die op een normale dag de hele dag in bed blijft liggen. De tweede week was een stuk rustiger voor mij waardoor mijn belevingstijd wel vergelijkbaar was met een normale dag. De letterlijke werktijd kon nog altijd oplopen tot 15 uur op één dag, maar dan kon ik wel tussendoor voorstellingen zien en even uitbuiken na het avondeten. Zo heb ik midden in de nacht de kleding van de groep van Sebastian Matthias staan wassen en metallic linten gezocht en gekocht voor Jeremy Wade. Ook heb ik talkshowgasten ontvangen bij Paradijs van de Warme Winkel en Dood Paard, en een Q&A moderator bij de voorstelling van Jeremy Wade. Hopelijk heb ik de groepen en bands blij gemaakt met vers fruit of bier. Kortom: van alles.

Een ander gek iets aan de tijd die verstrijkt tijdens een dergelijk festival is dat je behalve als je slaapt, altijd werkt. Je kan elk moment gebeld worden om iets te regelen en dan doe je dat ook gelijk, onder andere omdat je een later moment weer met iets nieuws bezig kan zijn. Je bent non-stop op/bij/van het festival. En dit is heerlijk. Maar het is ook gek als je dan na afloop van het festival je vrienden weer ziet, van wie je af en toe wel een berichtje kreeg maar meer ook niet, en beseft dat zij ook dingen hebben beleefd. Niet dat zij nooit iets beleven, maar omdat je hoofd twee weken lang maar één richting op stond heb je dat even gemist. Letterlijk en figuurlijk. En dan is het wel weer heel fijn om na 2 weken je nek even te rekken en om je heen te kijken.

En nu? Nu gaat bijna iedereen vrijwel gelijk weer door met nieuwe projecten. Ik dacht dat ik in een zwart gat zou vallen omdat het ook zo plots afgelopen is, maar de helft zie ik over 2,5 week alweer op Oerol rondlopen! Hoezo einde? Gewoon lekker doorgaan! Ok, ik moet eerlijk zeggen dat ik uitkijk naar één dagje uitslapen en terrashoppen, maar daarna hoop ik jullie weer te zien op een volgend festival!

donderdag 13 februari 2014

SPRING blog 6: Tijd

Het ene moment ren je van hot naar her en probeer je alle vragen zo snel mogelijk te beantwoorden of dingen te regelen, en het volgende moment is het alweer voorbij. Dan bedoel ik niet het festival, want je kan nog steeds mooie voorstellingen zien en komen dansen, maar onze locatievoorstellingen. Behalve de installatie van Dries Verhoeven, waren Quarantine, Benjamin Vandewalle en Ligna allemaal geprogrammeerd op de afgelopen drie dagen. En dus nu alweer vertrokken. Zo snel kan dat gaan. Ik probeer altijd zoveel mogelijk in het moment te leven en mezelf niet voorbij te rennen, maar alsnog heb sta ik versteld over hoe snel het kan gaan. En misschien wel juist omdat ik in het moment leef dat dat het contrast tussen het ene moment helemaal opgaan in de voorstellingen en het andere moment klaar zo groot maakt.

In Ieder geval, wat voor mij ook dit festivalwerk leuk maakt is het contact met de groepen. De ene groep kan je zo veel mogelijk hun eigen gang laten gaan, omdat je merkt dat ze alles zelf goed geregeld hebben en ook praktisch hun eigen dingen kunnen oplossen. Het enige wat je dan hoeft te doen is een paar kleine vragen beantwoorden, ze in contact brengen met de juiste mensen en elke dag even langslopen om te vragen hoe het gaat. Zo makkelijk als een eitje bakken. Een andere groep is lastiger in de communicatie en planning, waardoor je er het liefste bij elk begin en einde even bij bent om zeker ervan te zijn dat iedereen goed geïnformeerd is en alles loopt.

Toch, in beide gevallen, heb ik echt het idee gehad dat we samen met de groepen iets hebben neergezet. Een dergelijk contact gaat vaak ook verder dan de zakelijke afspraken: een grapje hier en een biertje daar. Dit kan ook bijna niet anders aangezien we soms om 01:30 uur in de nacht met elkaar belden, en dan weer om 09:00 uur ’s ochtends.

Vandaag was waarschijnlijk de laatste echt lange werkdag: om 00:30 uur was de keukentent weer helemaal leeg was, waren de spiegelwanden uit elkaar gehaald en de telefoons in hun doos ingepakt. Na een laatste grapje en biertje met Quarantine en de Benjamin Vandewalle ben ik tevreden mijn bed ingedoken.

De voorbereidingen zitten er op, de bezoekers komen, de voorstellingsdagen zijn er! Weer een spannend moment: hoeveel kaarten zijn er verkocht? Ben ik niets vergeten? Welke instructies hebben eventuele vrijwilligers nodig? Zal alles het blijven doen? Heeft het het bedoelde effect? Zoals altijd kan je van te voren niet voorzien wat er fout kan gaan of zal gaan. Bij de voorbereidingen voor de voorstelling Birdwatching 4×4 is bijvoorbeeld niet alles geheel smooth verlopen. Voor Birdwatching 4×4 gaan 20 mensen in een soort kamertje op wielen zitten, die vervolgens door een elektrische karretje door de stad wordt gereden. En dit laatste heeft voor wat extra kopzorgen gezorgd. Wat namelijk bleek, is dat het elektrische karretje niet zo goed tegen grote hoeveelheden regen kon. En de groep van Benjamin Vandewalle was in Utrecht om te repeteren op donderdag en vrijdag: allebei dagen waarbij het water uit de hemel stortte. Nu was er voor Utrecht als een ander elektrisch karretje gehuurd, omdat de straten hier wat oneffen zijn, maar er was geen rekening gehouden met de hoeveelheden water (of ze hadden een slecht exemplaar meegekregen). Kortom: na pogingen met het wisselen van accu’s en dergelijke donderdag, kwam het karretje vrijdag helemaal niet meer vooruit. En dat is dan één dag voor de voorstellingen. Gelukkig heeft Joost, mijn ervaren productieleider, zich hierover gebogen en kunnen regelen dat er vrijdagavond nog een nieuw karretje gebracht kon worden, waardoor ze vrijdagavond en zaterdagochtend nog konden repeteren. Pfieuw, net op tijd. En het is zo fijn als je merkt dat de bezoekers van zaterdag geen idee hebben van de stresssituatie die er 24 uur ervoor nog was. Het karretje rijdt en de voorstelling is errug leuk. Ik ben zaterdagavond om 23:00 uur meegegaan en de interactie tussen de dansers en (dronken) voorbijgangers leverde regelmatig grappige situaties op.

Een andere onvoorziene situatie die zaterdag tijdens de eerste voorstelling naar voren kwam was bij Ligna, Walking the City. Geen stresssituatie zoals bij Birdwatching 4×4, maar een die te maken had het effect van de voorstelling op de bezoekers. De twee mannen van Ligna merkten dat de mensen, die met een telefoon en oordopjes de stad in worden gestuurd, erg als één groep bij elkaar bleven. Omdat dit niet de bedoeling is, wilde ze drie zinnen toevoegen aan de tekst die de bezoekers te horen krijgen. Of iemand die zinnen even in het Nederlands wilde inspreken (ze zijn zelf Duits)? Aangezien de aanwezige vrijwilligers allemaal mijn kant op seinde, was ik het slachtoffer. Op een gegeven moment in de voorstelling hoor je ineens mijn stem die zegt: “Laat de groep achter, ga je eigen weg”. Natuurlijk heb ik hier 200 euro voor gevraagd, helaas niet gekregen… Verrassend genoeg kan dit dus ook onderdeel zijn van ‘productioneel werk’!

De tweede dag zit er weer op. Wat ging die snel voorbij! Nadat onder andere de hulp/assistent bij Quarantine aan de Engelsen en Chinezen was voorgesteld, de vervangster van de zieke locatiemanager instructie had gekregen en telefoons van Ligna een goede opslagplek hadden, eindigde mijn dag met de talkshow in de Zindering. Deze talkshow had als onderwerp retoriek, naar aanleiding van de voorstelling SPEAK! van Sanja Mitrovic. Nu heb ik me aan jullie lezers vooral voorgesteld als productieassistent van SPRING, wat een functie is waarbij praktische manier van denken vereist. Mijn achtergrond is dat ik een master theaterwetenschappen heb afgerond aan de Universiteit Utrecht. Dit houdt in dat ik voornamelijk voorstellingen heb geanalyseerd en theorieën heb moeten lezen om vervolgens te discussiëren over de koppeling tussen die twee. En hoewel ik het praktische productiewerk heel erg leuk vind, moet ik eerlijk toegeven dat ik het wetenschappelijke denkwereldje wel een beetje mis. En dat kwam ook weer bij me naar boven toen ik luisterde naar de talkshow. Niet omdat er lastige theorieën werden uitgepluisd, maar omdat de combinatie van een journaliste, professor retorica, politica en Sanja voor verschillende interessante standpunten over onder andere politici en hun speeches en populisme zorgde. En dan krijgt een voorstelling en haar thema toch meer context. Kortom, een kleine tip tussendoor: kom naar de talkshow! En maak je geen zorgen, het is geen zakelijke bedoeling, er is ook bier en wijn voor de liefhebbers.

 

Maar terug naar mijn praktische werk. Zijn jullie al bij de installatie van Dries Verhoeven gaan kijken op de stadhuisbrug? Dit was voor ons in eerste instantie een vrij makkelijk project, aangezien de box zelf werd gemaakt en getransporteerd, en daar verder gewoon staat. Het enige wat veel werk kostte, en daar heb je echt mee te maken als je locatievoorstellingen produceert, was de vergunning via de gemeente. Omdat er elke dag toch een beeld te zien is die enige reactie kan opwekken (nee, ik ga geen spoilers weggeven..!), zijn we veel in contact geweest hierover. Ga je voor de zekerheid een professionele beveiliger erbij zetten of is een vrijwilliger met de juiste telefoonnummers genoeg? Ga je uitleg geven op een bordje bij elke straat, waardoor mensen voorbereid zijn of juist (liever) niet? En bij deze vragen moet je rekening houden met de verwachte reactie van de winkelende mensen, de wetten en regels van de gemeente, het artistieke idee van de maker en de praktische uitvoer via ons. Je wil iedereen tevreden stellen, maar niet ten koste van het artistieke doel. De definitieve beslissing hierover is eigenlijk pas afgelopen donderdag gemaakt.  En nu is de rust wedergekeerd (bij ons in ieder geval, op de stadhuisbrug blijft het nog lang onrustig…..). Gaat dat zien!

donderdag 13 februari 2014

SPRING blog 3: We zijn begonnen

Ik heb jullie beloofd elke dag iets te schrijven over mijn ervaringen en het gaat bij de 3e dag al mis. In plaats daarvan was ik non-stop aan het werk om ervoor te zorgen dat alle groepen de spullen kregen die ze nodig hadden. Ik durf wel te zeggen dat afgelopen woensdag met 17 werkuren de drukste dag was van het hele festival. Dit was namelijk de dag dat alle artiesten aankwamen en om een of andere reden bewaren ze altijd een aantal vragen tot dat moment. En behalve de aankomst van de groepen komen er een hoop algemene productiedingen bij. Even extra tempo erop dus.

Maar daar krijg je dan ook wel iets voor terug. Er staat een etalage-achtige box midden op de stadhuisbrug (ga kijken! gratis!), er staat een doos met kar ervoor bij het festivalhart, een deel van de telefoons zitten in de lader en ook de kookspullen zijn geleverd. En niet onbelangrijk, de catering voor artiesten en band en dj’s zijn allemaal op de juiste locatie.

En het klinkt misschien als de minst spannende klus van het lijstje, maar dit laatste was een heus avontuur. Ik ben dit namelijk gaan doen met een bakfiets. Dit is makkelijker en sneller, maar ook voor mij de eerste keer op een bakfiets. Dan denk je misschien “ja dat is een iets-wat grote fiets, dat is toch niet zo moeilijk?”, maar het is wel degelijk een andere fietstechniek. En ik ben niet zo iemand die heel flexibel elk vervoersmiddel aan de praat krijgt. Met een normale fiets moet je namelijk afstappen voordat je stilstaat en omvalt, en vaart maken voordat je opstapt. Met een bakfiets dus niet. Ik had de eerste 10 minuten op de bakfiets dit nog niet helemaal door, waardoor ik een aantal keren midden op de weg (Adelaarstraat, vrij drukke autoweg) tijdens mijn vaart van mijn fiets af sprong om de bak tegen te houden. En vervolgens weer er half opsprong terwijl de trappers al draaiden (het is net als bij een spinningfiets). Voorbijgangers hebben me vast staan uitlachen, hoe ik als een soort clown tussen de voorbijkomende auto’s een poging deed over te steken. Maar goed, 3 uur laten was alles op locatie, en daar gaat het om. Inmiddels wat ritjes later zijn meneer bakfiets en ik vriendjes geworden, en is de aandacht voor mijn bakfietstaferelen verandert van “wat een kluns” naar “wat is die jonge blonde vrouw voor spannends aan het vervoeren”. Gelukkig maar.

Na al het heen en weer gefiets en geloop was het dan echt zo ver: de opening in de Zocherfoyer door onze Bettina en Rainer. Dit was voor mij een eerste moment dat ik besefte: nu is het begonnen. De mensen gaan komen, de voorstellingen gaan uitgevoerd worden, het bier gaat gedronken worden. En dat was het eerste moment dat ik mijn werkmodus even een tandje lager kon zetten en mijn genietmodus een klein tikje hoger. Heerlijk!

Het enige nadeel ervan was dat ik tijdens de openingsvoorstelling Magnificat een kleine strijd moest voeren tegen mijn slaap. De voorstelling was absoluut niet saai of eentonig, maar na de hele dag actie was een uur stilzitten en dan ook wakker blijven even een grote uitdaging.

IMG_0476

donderdag 13 februari 2014

SPRING blog 2: Boodschappendag

Vandaag was een typische productiedag. Om even kort samen te vatten waar ik allemaal voeten aan grond heb gezet: kantoor voor mails en telefoontjes, het Akademietheater voor instructies aan de locatiemanager,  het festivalhart om de bakwagen op te halen, de Sligro voor drankinkoop, de Hornbach voor bouwinkoop, een boerderij net buiten Utrecht voor 2 brandblussers, de Intratuin voor de levende decoratie van het festivalhart en weer terug op kantoor voor de laatste voorbereidingen. Zo.

Nou ben ik weleens in de Ikea geweest of in de Gamma in Utrecht, maar toen ik de Hornbach binnenliep wist ik echt niet wat ik zag. Enorme gangen met werkelijk alles wat je maar kan bedenken voor het bouwen van wat-dan-ook. Gelukkig was ik met Annemiek, ervaren Hornbachkopen dankzij eerdere festivals. Zij kon me af en toe al een beetje in de richting van de juiste gang wijzen. En de medewerkers daar zijn zeker 80% van hun tijd bezig met de mensen de juiste weg wijzen. Ondanks alle hulp presteerde ik het toch om 3 verschillende soorten spanbanden in onze kar te leggen. Ik heb nog een hoop te leren…

Bij het zien van zulke groothandels zou je denken dat ze alle soorten vragen wel gewend zijn. Toch hadden wij nog een vraag waar 5 werknemers tegelijk van stonden te kijken: een aanvraag voor een grote hoeveelheid oranje Afrikaantjes, klimopplanten en 40 meter doorzichtig tafelzeil. “40 meter?! Wat gaan jullie doen, een tafel voor 130 man bekleden?”, was de reactie van de werknemer. En na het bijhorende bedrag 3x genoemd te hebben ter controle hebben we de rol over het wandelpad uitgetrokken en afgemeten. Ik vraag me af of ze hetzelfde hadden gereageerd als er 2 gespierde met grond besmeurde mannen hadden gestaan, in plaats van 2 blonde vrouwen…

Ik eindigde mijn boodschappendag op het festivalhart (wat er trouwens echt heel leuk uit komt te zien, een hoeraatje voor het bouwteam!), zoals het hoort: met een biertje. En wat was die lekker. Eén van de leuke dingen aan een festival organiseren is toch ook zeker het biertje aan het einde van de dag met je collega’s (en hopelijk vanaf donderdag ook een heleboel bezoekers erbij!).

IMG_0464

In bovenstaande artikelen beschrijf ik hoe ik voorstellingen beleefd heb en welke thema's me opvielen. Thema's om verder over na te denken of na te praten.

In these articles, I write about my experience going to dance and theatre pieces and what where remarkable themes in the pieces to think and talk about.